Wat is de Monitor Leren van Ongevallen (MLvO)?

Een vragenlijst die een arbeidsinspecteur invult bij het afsluiten van een ongevalsonderzoek. De antwoorden op deze vragen vormen samen de database van de Monitor Leren van Ongevallen.

Waarom een MLvO?

Sinds 2003 analyseert het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) de oorzaken en gevolgen van ernstige arbeidsongevallen en slaat deze gegevens op in de database Storybuilder. Dit is een arbeidsintensief proces, waarbij dossiers van de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA Nederlandse Arbeidsinspectie (Nederlandse Arbeidsinspectie )) handmatig werden doorgenomen door getrainde analisten van het RIVM en door hen in Storybuilder werden ingevoerd. De data in Storybuilder beslaat de periode van 1998 tot 2014.

In 2018 is besloten dat relevante informatie over ernstige arbeidsongevallen direct door arbeidsinspecteurs wordt vastgelegd. Het RIVM heeft hiervoor een vragenlijst ontwikkeld op basis van de Storybuilder modellen: de Monitor Leren van Ongevallen (MLvO). De MLvO bestaat uit 36 vragenlijsten die aansluiten bij de 36 typen ongevallen uit Storybuilder. De vragenlijst is gebruikersvriendelijk, betrouwbaar en relevant. Sinds 2020 vullen arbeidsinspecteurs deze vragenlijst in na afloop van ieder ongevalsonderzoek. Arbeidsinspecteurs leggen nu dus direct zelf relevante informatie over ernstige arbeidsongevallen vast. Door deze nieuwe aanpak is de informatie over ongevallen sneller en makkelijker beschikbaar voor analyses.

In een RIVM rapport is uitgebreid beschreven hoe de MLvO tot stand is gekomen.

Hoe werkt de MLvO?

Bedrijven zijn verplicht om ernstige arbeidsongevallen te melden bij de NLA. Een arbeidsinspecteur onderzoekt de ernstige ongevallen die gemeld worden. Als afsluiting van het onderzoek vult de inspecteur altijd de digitale vragenlijst (MLvO) in. De eerste vraag gaat over het ongevalstype. De vragen daarna gaan over het hoe en waarom van dat ongeval.

De inspecteur vult de vragenlijst altijd in, als er voldoende informatie is over het ernstige ongeval. Als er geen onderzoek ter plaatse is uitgevoerd, of de inspecteur weet minder over het ongeval dan mag in sommige gevallen een verkorte vragenlijst gebruikt worden. Alle informatie op deze website is gebaseerd op volledig ingevulde vragenlijsten.

Wat voor informatie staat er in de MLvO?

Voor elk type ongeval wordt vastgelegd welke activiteit het slachtoffer deed vlak voor het ongeval en welke arbeidsmiddelen daarbij betrokken waren. Bijvoorbeeld het afdalen van een ladder. Ook wordt vastgelegd wat de relevante gebeurtenissen waren en wat er mis ging. Bijvoorbeeld de ladder werd niet goed neergezet en verschoof zodat het slachtoffer viel. Daarna volgen vragen over factoren die invloed hebben op de gevolgen voor het slachtoffer. Deze kunnen voor elk type ongeval verschillen. Bij de val van een ladder is dat bijvoorbeeld hoeveel meter het slachtoffer naar beneden viel. Tot slot wordt altijd gevraagd wat de gevolgen waren voor het slachtoffer. Zoals ernst, aard en plaats van letsel. Het datahandboek Monitor Leren van Ongevallen gaat dieper in op welke en hoe de gegevens worden vastgelegd.

Wat gebeurt er met de data van de MLvO?

De Arbeidsinspectie rapporteert jaarlijks zelf over de resultaten van de MLvO. Het RIVM gebruikt de gegevens voor ongevalsanalyses.