Contact met elektriciteit
Contact met elektriciteit
In de Storybuilder database zijn voor het ongevalstype ‘Contact met elektriciteit’ 501 ongevallen met 549 slachtoffers opgenomen. Dit komt neer op ongeveer 2% van alle ongevallen in de database. Deze pagina geeft meer inzicht en informatie over dit ongevalstype.
Het ongeval in het kort
Bij dit type ongeval komt het slachtoffer in contact met elektriciteit. Er gaat dan een stroomstoot door het lichaam van het slachtoffer of het slachtoffer wordt geraakt door de ontlading/vlamboog bij kortsluiting of doorslag.
De factoren die bij deze ongevallen worden onderzocht hebben te maken met spanningsdragende en spanningsvoerende delen van installaties of machines. Spanningsdragende delen zijn bijvoorbeeld electriciteitdraden of -kabels of de behuizing van een machine kan na een storing . Concrete voorbeelden van factoren die onderzocht worden zijn; het spanningsloos werken, of het slachtoffer zich op een veilige afstand tot ongeïsoleerde spanningsdragende delen bevond, de afscherming van ongeïsoleerde spanningsdragende delen, de isolatie van spanningsvoerende delen, de aarding en conditie van een elektrische installatie of een elektrisch component, en de toegangsbeveiliging.
Oorzaken en gebeurtenissen
Ieder ongeval is anders. Verschillende oorzaken, gebeurtenissen en activiteiten kunnen bijdragen aan het ontstaan van het ongeval. Toch zijn vanuit Storybuilder overeenkomsten tussen ongevallen te herleiden. Hierdoor hebben wij de mogelijkheid om de meest voorkomende oorzaken en gebeurtenissen van een type ongeval in kaart te brengen. Zo ook voor het ongevalstype: Contact met elektriciteit . We volgen op deze pagina het ongeval vanaf de werkzaamheden vlak voor het ongeval tot aan het moment dat het risico niet langer onder controle was. Voor meer informatie over Storybuilder kunt u naar dit filmpje kijken of het beschrijvende rapport lezen.
Vlak voor het ongeval
De werkzaamheden van het slachtoffer vlak voor het ongeval waren divers. Iets meer dan de helft van de slachtoffers (51%) was bezig met installatie, montage of onderhoud aan elektrische onderdelen, zoals bijvoorbeeld elektromotoren, elektriciteitsbekabeling, of elektrische onderdelen. Andere werkzaamheden waren algemeen onderhoud en reparatie (12%), algemene installatie of montage (9%) onderzoek of inspectie (8%), bedienen van een machine (5%) en schoonmaken (5%).
De arbeidsmiddelen
De arbeidsmiddelen die het meest gebruikt werden bij dit ongevalstype hadden te maken met de transmissie van energie. Het betrof elektrische installaties (61%), het elektriciteitsnet (13%), of verlichtingsinstallaties (3%).
Voorbeelden van elektrische installaties zijn laagspanningskabels of -leidingen, een schakelpaneel, schakelkast, verdeelinrichting, meterkast, groepenkast, voedingskast, stopcontact of stroomdraad. In het geval van ongevallen met het elektriciteitsnet betrof dit een hoogspanningsinstallatie, transformator van hoog- naar laagspanning, ondergrondse of hangende hoogspanningskabel, of de bovenleiding van trein of tram.
Vast gemonteerde machines waren in 5% van de ongevallen betrokken, kantooruitrusting en huishoudelijke apparaten in 3% van de ongevallen.
Gebeurtenissen
Door een combinatie van factoren kon het uiteindelijk mis gaan. Relevante tussenstappen - gebeurtenissen - zijn hierbij in kaart gebracht. Deze gebeurtenissen worden weergeven in de onderstaande grafiek.
Waar ging het mis?
Maar waar gaat het dan mis bij deze ongevallen? Welke veiligheidsmaatregelen waren niet op orde waardoor het ongeval kon gebeuren? In de onderstaande grafiek is weergegeven welke maatregelen in Storybuilder zijn onderzocht en hoe vaak hiermee iets mis gaat.
In de bovenstaande grafiek worden veiligheidsmaatregelen getoond die een rol speelden bij de ongevallen. Van deze algemene analyse zijn ook concretere voorbeelden beschikbaar. Het meest voorkomend was het niet spanningsloos werken. Dit kwam bijvoorbeeld, omdat alle onderdelen nog/weer onder stroom stonden, omdat de omgeving niet compleet vrij was van onder spanning staande delen, omdat er geen spanning werd verwacht op de plaats van het ongeval, omdat er stroom nodig was voor de werkzaamheden, of omdat er geen noodzaak was om spanningsvrij te werken.
Wanneer het slachtoffer niet voldoende afstand had tot ongeïsoleerde spanningsdragende delen, kwam dit bijvoorbeeld doordat het slachtoffer de veilige afstand per ongeluk niet goed opvolgde, het lichaam of een lichaamsdeel in de verkeerde positie had geplaatst, of gebruik maakte van handgereedschap of een ander geleidend voorwerp.
De gevolgen van contact met elektriciteit kunnen minder ernstig zijn als het slachtoffer de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen draagt. Vaak is onbekend welke beschermingsmiddelen werden gedragen, maar in minimaal 21% van de ongevallen waren deze in ieder geval niet in orde of aanwezig.
Waarom ging het mis?
Allerlei maatregelen en middelen zijn van belang om in een organisatie veilig te kunnen werken. Een organisatie verschaft deze maatregelen en de betrokken medewerkers gebruiken ze. Ook is het belangrijk om veiligheidsmaatregelen in stand te houden, te onderhouden en om hierop toezicht te houden. In de Storybuilder database wordt de rol van organisatie hierbij globaal in kaart gebracht. Storybuilder richt zich hierbij op de rol van het veiligheidsmanagement van de organisaties.
De onderstaande grafiek laat zien welk type achterliggende oorzaken in het veiligheidsmanagement bij dit ongevalstype een rol hebben gespeeld.
De slachtoffers
In de Storybuilder database zijn alleen ongevallen opgenomen die meldingsplichtig zijn en ook daadwerkelijk gemeld zijn bij de Inspectie SZW. De gevolgen van deze ongevallen zijn vaak ernstig. Slachtoffers kunnen bijvoorbeeld blijvend letsel oplopen of als gevolg van het ongeval overlijden.
Er zijn in de database 501 ongevallen van het type: Contact met elektriciteit opgenomen waarbij 549 slachtoffers zijn gevallen. Het merendeel van de slachtoffers is man (96%). Dit deel van deze pagina geeft inzicht in deze slachtoffers en de gevolgen die de ongevallen voor hen hebben gehad.
Achtereenvolgens zijn grafieken opgenomen met informatie over:
- de leeftijd van slachtoffers;
- de uiteindelijke gevolgen van de ongevallen;
- de aard van het letsel;
- de plaats van het letsel.
In de grafieken kunt u ter vergelijking ook informatie zien over de slachtoffers van de andersoortige ongevallen die in de database zijn opgenomen.
Leeftijd van slachtoffers
De bovenstaande grafiek toont de leeftijdsverdeling van de slachtoffers van de ernstige arbeidsongevallen van het type: Contact met elektriciteit .
Uiteindelijke gevolgen
Bovenstaande grafiek geeft de ernst van het letsel van het slachtoffer weer. In 81% van de gevallen wordt het slachtoffer opgenomen in het ziekenhuis en moet daar een nacht of langer blijven. In 12% van de gevallen volgt geen ziekenhuisopname. Voor de overige 7% is dit onbekend.
Aard van het letsel
In de onderstaande grafiek staan de meest voorkomende verwondingen. De grafiek toont alleen verwondingen die bij meer dan 10% van de slachtoffers in één van de twee groepen zijn voorgekomen.
Plaats van het letsel
Zoals te zien in de bovenstaande grafiek zijn de verwondingen divers. Deze verwondingen kunnen op verschillende plaatsen van het lichaam voorkomen. In de onderstaande grafiek staat dat toegelicht. De grafiek toont alleen de plaats van het letsel als die bij meer dan 10% van de slachtoffers in één van de twee groepen is voorgekomen.
Sectoren en de werkomgeving
In de Storybuilder database worden algemene kenmerken van de ongevallen en de bedrijven waarbij de ongevallen gebeurden vastgelegd. In dit deel van deze pagina worden enkele van die algemene kenmerken getoond. Achtereenvolgens zijn grafieken opgenomen met informatie over:
- de sector waarin het bedrijf actief is;
- de werkomgeving.
Sectoren en subsectoren
Sommige ongevallen komen vaker voor in bepaalde sectoren. Er worden in deze sectoren immers andere werkzaamheden uitgevoerd en andere arbeidsmiddelen gebruikt. De onderstaande grafiek toont sectoren waarin de ongevallen van dit type relatief vaak voorkomen.
Een uitgebreider overzicht van ongevallen in verschillende sectoren is beschikbaar op deze pagina.
De bovenstaande grafiek toont sectoren waarbij meer dan 2,4% van de ongevallen in Storybuilder een electriciteitsongeval is. Gemiddeld voor alle sectoren is dat 1,6%. Verder worden alleen sectoren getoond waarbij meer dan 100 ongevallen in de Storybuilder zijn opgenomen.
Daarnaast zien we ook een aantal subsectoren waar dit type ongeval een relatief grote rol speelt. Opvallend hierbij zijn de volgende subsectoren:
- Installatie van verlichting, telecom en alarm in gebouwen (SBI 432101): 19% van de ongevallen in Storybuilder is een contact met elektriciteit
- Leggen van kabels en buizen (SBI 422): 10% van de ongevallen in Storybuilder is een contact met elektriciteit
De werkomgeving
Tot slot weten we voor een deel van de ongevallen meer over de omgeving waarin gewerkt werd ten tijde van het ongeval. In het geval van Contact met elektriciteit is deze informatie beschikbaar voor 301 van de 501 ongevallen.
Bovenstaande grafiek toont de vijf meest voorkomende omgevingen waarin gewerkt werd toen een ongeval gebeurde dat in de Storybuilder database is opgenomen. Het percentage is berekend ten opzichte van de ongevallen waarvoor deze informatie beschikbaar is.
Over de gegevens
De informatie op deze webpagina komt uit de Storybuilder database van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). In deze database staan gegevens over meer dan 30.000 ernstige arbeidsongevallen. Deze arbeidsongevallen:
- zijn in Nederland gebeurd in de periode van 1998 tot en met 2014;
- hadden ernstige gevolgen en zijn gemeld bij de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- zijn onderzocht door de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- en zijn geanalyseerd door het RIVM.