Contact met handgereedschap, door het slachtoffer zelf gehanteerd
Contact met handgereedschap, door het slachtoffer zelf gehanteerd
In de Storybuilder database zijn voor het ongevalstype ‘Contact met handgereedschap, door slachtoffer zelf gehanteerd’ 798 ongevallen met 798 slachtoffers opgenomen. Dit komt neer op ongeveer 3% van alle ongevallen in de database. Deze pagina geeft meer inzicht en informatie over dit ongevalstype.
Het ongeval in het kort
Bij dit type ongeval komt het slachtoffer in contact met handgereedschap dat door het slachtoffer zelf wordt gehanteerd. Het kan hierbij gaan om aangedreven handgereedschap (slijptollen, hogedrukreinigers, lasers, branders lasapparaten) of niet aangedreven handgereedschap (messen, hamers, beitels, etc.). Als het handgereedschap door iemand anders wordt gehanteerd gaat het om een ander ongevalstype. In dat geval gaat het om ‘Contact met een object dat door iemand wordt gedragen of gebruikt’.
Factoren die bij deze ongevallen worden onderzocht, zijn bijvoorbeeld het verkeerd vasthouden van het gereedschap, de positie van het lichaam, de staat/conditie van het gereedschap, de keuze van gereedschap, en de manier waarop het object is beveiligd om onbedoeld in beweging te komen.
Oorzaken en gebeurtenissen
Ieder ongeval is anders. Verschillende oorzaken, gebeurtenissen en activiteiten kunnen bijdragen aan het ontstaan van het ongeval. Toch zijn vanuit Storybuilder overeenkomsten tussen ongevallen te herleiden. Hierdoor hebben wij de mogelijkheid om de meest voorkomende oorzaken en gebeurtenissen van een type ongeval in kaart te brengen. Zo ook voor het ongevalstype: Contact met handgereedschap, door slachtoffer zelf gehanteerd. We volgen op deze pagina het ongeval vanaf de werkzaamheden vlak voor het ongeval tot aan het moment dat het risico niet langer onder controle was. Voor meer informatie over Storybuilder kunt u naar dit filmpje kijken of het beschrijvende rapport lezen.
Vlak voor het ongeval
Het grootste deel van de slachtoffers (88%) gebruikte het gereedschap ten tijde van het ongeval. In 7% van de gevallen was het slachtoffer het gereedschap aan het prepareren. Een voorbeeld hiervan is het uitvoeren onderhoud.
De arbeidsmiddelen
Het meest voorkomende type handgereedschap was mechanisch gereedschap (63%). Hieronder vallen bijvoorbeeld diverse soorten slijpmachines, schuurmachines, handcirkelzagen, beitels, en heggenscharen.
Daarnaast kwam ook veel niet-gemotoriseerd handgereedschap voor (36%). Dit betreft handgereedschap voor werkzaamheden als snijden, vasthouden, snoeien, schroeven, spijkeren, nieten, lassen, lijmen en keukenwerkzaamheden.
Gebeurtenissen
Door een combinatie van factoren kon het uiteindelijk mis gaan. Relevante tussenstappen - gebeurtenissen - zijn hierbij in kaart gebracht. Deze gebeurtenissen worden weergeven in de onderstaande grafiek.
Waar ging het mis?
Maar waar gaat het dan mis bij deze ongevallen? Welke veiligheidsmaatregelen waren niet op orde waardoor het ongeval kon gebeuren? In de onderstaande grafiek is weergegeven welke maatregelen in Storybuilder zijn onderzocht en hoe vaak hiermee iets mis gaat.
In de bovenstaande grafiek worden veiligheidsmaatregelen getoond die een rol speelden bij de ongevallen. Van deze algemene analyse zijn ook concretere voorbeelden beschikbaar. Het meest voorkomend was het verkeerd vasthouden van gereedschap (positie/grip). Dit kwam bijvoorbeeld omdat het gereedschap werd gericht op/bewogen naar het slachtoffer, het gereedschap vastgelopen of bekneld was, of omdat de richting van het gereedschap werd veranderd doordat het gereedschap werd geraakt door een ander voorwerp.
Wanneer de houding of positie van het lichaam niet in orde was, kwam dit bijvoorbeeld omdat het slachtoffer op de verkeerde plaats stond of een werkstuk met de hand vasthield en die hand naar het gereedschap bewoog.
Ook de staat/conditie van het gereedschap was regelmatig niet in orde. Dit kwam bijvoorbeeld omdat de fysieke afscherming van het gereedschap verwijderd of defect was, of niet gebruikt werd, of er sprake was van restbeweging/uitlopen na het uitschakelen.
De gevolgen van contact met handgereedschap zijn minder ernstig als het slachtoffer de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen draagt. In 43% van de ongevallen was dit niet het geval en droeg het slachtoffer geen persoonlijke beschermingsmiddelen.
Waarom ging het mis?
Allerlei maatregelen en middelen zijn van belang om in een organisatie veilig te kunnen werken. Een organisatie verschaft deze maatregelen en de betrokken medewerkers gebruiken ze. Ook is het belangrijk om veiligheidsmaatregelen in stand te houden, te onderhouden en om hierop toezicht te houden. In de Storybuilder database wordt de rol van organisatie hierbij globaal in kaart gebracht. Storybuilder richt zich hierbij op de rol van het veiligheidsmanagement van de organisaties.
De onderstaande grafiek laat zien welk type achterliggende oorzaken in het veiligheidsmanagement bij dit ongevalstype een rol hebben gespeeld.
De slachtoffers
In de Storybuilder database zijn alleen ongevallen opgenomen die meldingsplichtig zijn en ook daadwerkelijk gemeld zijn bij de Inspectie SZW. De gevolgen van deze ongevallen zijn vaak ernstig. Slachtoffers kunnen bijvoorbeeld blijvend letsel oplopen of als gevolg van het ongeval overlijden.
Er zijn in de database 798 ongevallen van het type: Contact met handgereedschap, door slachtoffer zelf gehanteerd opgenomen waarbij 798 slachtoffers zijn gevallen. Het merendeel van de slachtoffers is man (96%). Dit deel van deze pagina geeft inzicht in deze slachtoffers en de gevolgen die de ongevallen voor hen hebben gehad.
Achtereenvolgens zijn grafieken opgenomen met informatie over:
- de leeftijd van slachtoffers;
- de uiteindelijke gevolgen van de ongevallen;
- de aard van het letsel;
- de plaats van het letsel.
In de grafieken kunt u ter vergelijking ook informatie zien over de slachtoffers van de andersoortige ongevallen die in de database zijn opgenomen.
Leeftijd van slachtoffers
De bovenstaande grafiek toont de leeftijdsverdeling van de slachtoffers van de ernstige arbeidsongevallen van het type: Contact met handgereedschap, door slachtoffer zelf gehanteerd.
Uiteindelijke gevolgen
Bovenstaande grafiek geeft de ernst van het letsel van het slachtoffer weer. In 76% van de gevallen wordt het slachtoffer opgenomen in het ziekenhuis en moet daar een nacht of langer blijven. In 17% van de gevallen volgt geen ziekenhuisopname. Voor de overige 7% is dit onbekend.
Aard van het letsel
In de onderstaande grafiek staan de meest voorkomende verwondingen. De grafiek toont alleen verwondingen die bij meer dan 10% van de slachtoffers in één van de twee groepen zijn voorgekomen.
Plaats van het letsel
Zoals te zien in de bovenstaande grafiek zijn de verwondingen divers. Deze verwondingen kunnen op verschillende plaatsen van het lichaam voorkomen. In de onderstaande grafiek staat dat toegelicht. De grafiek toont alleen de plaats van het letsel als die bij meer dan 10% van de slachtoffers in één van de twee groepen is voorgekomen.
Sectoren en de werkomgeving
In de Storybuilder database worden algemene kenmerken van de ongevallen en de bedrijven waarbij de ongevallen gebeurden vastgelegd. In dit deel van deze pagina worden enkele van die algemene kenmerken getoond. Achtereenvolgens zijn grafieken opgenomen met informatie over:
- de sector waarin het bedrijf actief is;
- de werkomgeving.
Sectoren en subsectoren
Sommige ongevallen komen vaker voor in bepaalde sectoren. Er worden in deze sectoren immers andere werkzaamheden uitgevoerd en andere arbeidsmiddelen gebruikt. De onderstaande grafiek toont sectoren waarin de ongevallen van dit type relatief vaak voorkomen.
Een uitgebreider overzicht van ongevallen in verschillende sectoren is beschikbaar op deze pagina.
De bovenstaande grafiek toont sectoren waarbij meer dan 3,9% van de ongevallen in Storybuilder een contact met handgereedschap is. Gemiddeld voor alle sectoren is dat 2,6%. Verder worden alleen sectoren getoond waarbij meer dan 100 ongevallen in de Storybuilder zijn opgenomen.
Daarnaast zien we ook een aantal subsectoren waar dit type ongeval een relatief grote rol speelt. Opvallend hierbij zijn de volgende subsectoren:
- Slachterijen (geen pluimvee-) (SBI 1011): In 41% van de gevallen in Storybuilder is sprake van contact met handgereedschap.
- Groothandel in vlees en vleeswaren en in niet levend wild en gevogelte (SBI 4632): In 13% van de gevallen in Storybuilder is sprake van contact met handgereedschap.
- Landschapsverzorging (SBI 813): In 12% van de gevallen in Storybuilder is sprake van contact met handgereedschap.
- Vleesverwerking (niet tot maaltijden) (SBI 1013): In 11% van de gevallen in Storybuilder is sprake van contact met handgereedschap.
- Handel in en reparatie van personenauto’s en lichte bedrijfsauto’s (geen import van nieuwe) (SBI 45112): In 10% van de gevallen in Storybuilder is sprake van contact met handgereedschap.
De werkomgeving
Tot slot weten we voor een deel van de ongevallen meer over de omgeving waarin gewerkt werd ten tijde van het ongeval. In het geval van Contact met handgereedschap, door slachtoffer zelf gehanteerd is deze informatie beschikbaar voor 510 van de 798 ongevallen.
Bovenstaande grafiek toont de vijf meest voorkomende omgevingen waarin gewerkt werd toen een ongeval gebeurde dat in de Storybuilder database is opgenomen. Het percentage is berekend ten opzichte van de ongevallen waarvoor deze informatie beschikbaar is.
Over de gegevens
De informatie op deze webpagina komt uit de Storybuilder database van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). In deze database staan gegevens over meer dan 30.000 ernstige arbeidsongevallen. Deze arbeidsongevallen:
- zijn in Nederland gebeurd in de periode van 1998 tot en met 2014;
- hadden ernstige gevolgen en zijn gemeld bij de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- zijn onderzocht door de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- en zijn geanalyseerd door het RIVM.