Fysiek contact met een dier
Fysiek contact met een dier
In de Storybuilder database zijn voor het ongevalstype ‘Fysiek contact met een dier’ 75 ongevallen met 75 slachtoffers opgenomen. Dit komt neer op ongeveer 0,2% van alle ongevallen in de database. Deze pagina geeft meer inzicht en informatie over dit ongevalstype.
Het ongeval in het kort
Bij dit type ongeval gaat het om letsel doordat het slachtoffer in contact is gekomen met een dier. Voorbeelden zijn; omgeduwd worden door een koe, vallen van een paard, bekneld raken tussen een stier en een hek, aangevallen worden door een leeuw of contact met een wespennest.
Factoren die bij deze ongevallen worden onderzocht, zijn bijvoorbeeld de plek waar het slachtoffer zich bevond, of het slachtoffer het dier heeft uitgelokt, voldoende beheersing om het dier te berijden, het beteugelen van het dier en de locatie van het dier.
Oorzaken en gebeurtenissen
Ieder ongeval is anders. Verschillende oorzaken, gebeurtenissen en activiteiten kunnen bijdragen aan het ontstaan van het ongeval. Toch zijn vanuit Storybuilder overeenkomsten tussen ongevallen te herleiden. Hierdoor hebben wij de mogelijkheid om de meest voorkomende oorzaken en gebeurtenissen van een type ongeval in kaart te brengen. Zo ook voor het ongevalstype: Fysiek contact met een dier . We volgen op deze pagina het ongeval vanaf de werkzaamheden vlak voor het ongeval tot aan het moment dat het risico niet langer onder controle was. Voor meer informatie over Storybuilder kunt u naar dit filmpje kijken of het beschrijvende rapport lezen.
Vlak voor het ongeval
De werkzaamheden van de slachtoffers waren divers. Meestal was het slachtoffer actief bezig met het dier, zoals: het drijven, leiden, vangen of vastmaken van vee (32%), verzorgen (8%), oormerken (7%), trainen of africhten (13%), of het berijden van het dier (24%). Een deel van de slachtoffers was niet actief betrokken bij het dier of werkte in de groenvoorziening.
De dieren
De meeste ongevallen vonden plaats met huisdieren en vee (85%). Het ging dan met name om paarden (47%) en runderen (31%). Daarnaast kwamen slachtoffers in contact met wilde zoogdieren uit de dierentuin (7%) of met insecten (8%), zoals bijvoorbeeld wespen.
Gebeurtenissen
Door een combinatie van factoren kon het uiteindelijk mis gaan. Relevante tussenstappen - gebeurtenissen - zijn hierbij in kaart gebracht. Deze gebeurtenissen worden weergeven in de onderstaande grafiek.
Waar ging het mis?
Maar waar gaat het dan mis bij deze ongevallen? Welke veiligheidsmaatregelen waren niet op orde waardoor het ongeval kon gebeuren? In de onderstaande grafiek is weergegeven welke maatregelen in Storybuilder zijn onderzocht en hoe vaak hiermee iets mis gaat.
In de bovenstaande grafiek worden veiligheidsmaatregelen getoond die een rol speelden bij de ongevallen. Van deze algemene analyse zijn ook concretere voorbeelden beschikbaar. Wanneer het slachtoffer zich op een onveilige positie bevond, bijvoorbeeld achter een paard, kwam dit bijvoorbeeld omdat het dier plotseling in de richting van het slachtoffer bewoog, omdat het slachtoffer tijdelijk werkzaamheden moest uitvoeren op een onveilige positie, of omdat er geen afscherming was tussen het dier en het slachtoffer. Soms was het slachtoffer zich niet bewust van de aanwezigheid van het dier.
De slachtoffers
In de Storybuilder database zijn alleen ongevallen opgenomen die meldingsplichtig zijn en ook daadwerkelijk gemeld zijn bij de Inspectie SZW. De gevolgen van deze ongevallen zijn vaak ernstig. Slachtoffers kunnen bijvoorbeeld blijvend letsel oplopen of als gevolg van het ongeval overlijden.
Er zijn in de database 75 ongevallen van het type: Fysiek contact met een dier opgenomen waarbij 75 slachtoffers zijn gevallen. Iets meer dan de helft van de slachtoffers is man (60%). Dit deel van deze pagina geeft inzicht in deze slachtoffers en de gevolgen die de ongevallen voor hen hebben gehad.
Achtereenvolgens zijn grafieken opgenomen met informatie over:
- de leeftijd van slachtoffers;
- de uiteindelijke gevolgen van de ongevallen;
- de aard van het letsel;
- de plaats van het letsel.
Leeftijd van slachtoffers
De bovenstaande grafiek toont de leeftijdsverdeling van de slachtoffers van de ernstige arbeidsongevallen van het type: Fysiek contact met een dier .
Uiteindelijke gevolgen
Bovenstaande grafiek geeft de ernst van het letsel van het slachtoffer weer. In 91% van de gevallen wordt het slachtoffer opgenomen in het ziekenhuis en moet daar een nacht of langer blijven. In 8% van de gevallen volgt geen ziekenhuisopname. Voor de overige 1% is dit onbekend.
Aard van het letsel
In de onderstaande grafiek staan de meest voorkomende verwondingen. De grafiek toont alleen verwondingen die bij meer dan 10% van de slachtoffers zijn voorgekomen.
Plaats van het letsel
Zoals te zien in de bovenstaande grafiek zijn de verwondingen divers. Deze verwondingen kunnen op verschillende plaatsen van het lichaam voorkomen. In de onderstaande grafiek staat dat toegelicht. De grafiek toont alleen de plaats van het letsel als die bij meer dan 10% van de slachtoffers zijn voorgekomen.
Sectoren
In de Storybuilder database worden algemene kenmerken van de ongevallen en de bedrijven waarbij de ongevallen gebeurden vastgelegd.
Sectoren en subsectoren
Sommige ongevallen komen vaker voor in bepaalde sectoren. Er worden in deze sectoren immers andere werkzaamheden uitgevoerd en andere arbeidsmiddelen gebruikt. De onderstaande grafiek toont sectoren waarin de ongevallen van dit type relatief vaak voorkomen.
Een uitgebreider overzicht van ongevallen in verschillende sectoren is beschikbaar op deze pagina.
De bovenstaande grafiek toont sectoren waarbij meer dan 0,8% van de ongevallen in Storybuilder een contact met een dier is. Gemiddeld voor alle sectoren is dat 0,2%. Verder worden alleen sectoren getoond waarbij meer dan 100 ongevallen in de Storybuilder zijn opgenomen.
Daarnaast zien we ook een aantal subsectoren waar dit type ongeval een relatief grote rol speelt. Opvallend hierbij zijn de volgende subsectoren:
- Groothandel in landbouwproducten en levende dieren (SBI 462): 5% van de ongevallen in Storybuilder is een contact met een dier.
- Voortgezet onderwijs (SBI 853): 4% van de ongevallen in Storybuilder is een contact met een dier.
Over de gegevens
De informatie op deze webpagina komt uit de Storybuilder database van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu). In deze database staan gegevens over meer dan 30.000 ernstige arbeidsongevallen. Deze arbeidsongevallen:
- zijn in Nederland gebeurd in de periode van 1998 tot en met 2014;
- hadden ernstige gevolgen en zijn gemeld bij de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- zijn onderzocht door de Nederlandse Arbeidsinspectie;
- en zijn geanalyseerd door het RIVM.