Het type ongeval in het kort
Bij dit type ongeval wordt het slachtoffer geraakt door een wegvliegend of wegspringend voorwerp. Dit noemen we ook wel de centrale gebeurtenis. Als een voorwerp opzettelijk wordt gegooid met als doel om letsel toe te brengen, valt dit onder het ongevalstype Fysiek contact met menselijke agressor. Ook als het object wegvliegt door een explosie, is er sprake van een ander ongevalstype.
Het wegvliegende voorwerp kan geheel vrij door de lucht bewegen of nog bevestigd zijn aan één kant. Dan gaat het bijvoorbeeld om wegspringend staaldraad of om een slang onder druk. De krachten achter een wegvliegend voorwerp kunnen ontstaan door mechanische spanning, expansie, druk, een bewegende machine, wind, blazen met lucht of het gooien door een persoon zonder de intentie om letsel toe te brengen.
Van alle 191 ongevallen in de dataset waarbij iemand wordt geraakt door een wegvliegend of wegspringend voorwerp is van het slachtoffer met het meest ernstige letsel bekend wat de gevolgen waren. Soms valt er bij een ongeval meer dan één slachtoffer. Bij dit ongevalstype komt dat weinig voor. In ongeveer 2% van de ongevallen is er meer dan één slachtoffer.
Vrijwel alle slachtoffers waren man (97%). Gemiddeld waren de slachtoffers 41 jaar oud. De gevolgen van de meldingsplichtige ongevallen die in de MLvO dataset zijn opgenomen zijn ernstig. Slachtoffers die geraakt worden door wegvliegend voorwerp kunnen bijvoorbeeld blijvend letsel oplopen (40%).
In deze analyse zijn ongevallen meegenomen waarvoor een volledig ingevulde MLvO vragenlijst beschikbaar is; in totaal gaat het om 191 ongevallen. Dit is ongeveer 3% van alle ongevallen in de dataset. De huidige analyse gaat over de periode van 2020 tot en met 2023. De analyse wordt bijgewerkt als de database aangevuld wordt met nieuwe informatie.
Inhoud van deze pagina
Ieder ongeval is anders. Verschillende oorzaken, gebeurtenissen en activiteiten kunnen een rol spelen. Op deze pagina bespreken we achtereenvolgens:
Voorafgaand aan het ongeval
Van ieder ongeval is bekend wat het slachtoffer deed vlak voor het ongeval. Daarnaast is er bekend waar het wegvliegende object van afkomstig is en wat de omvang ongeveer was. Deze informatie wordt weergegeven in de onderstaande grafieken.
De activiteit van het slachtoffer
In de onderstaande grafiek is weergegeven wat het slachtoffer deed vlak voor het ongeval. Hier is bijvoorbeeld zichtbaar dat in 42% van de ongevallen, het slachtoffer werkte met gereedschap of een machine.
De voorwerpen
De slachtoffers worden door veel verschillende soorten voorwerpen geraakt. In 31% van de ongevallen is dat voorwerp afkomstig van een product dat bewerkt werd, zoals te zien is in onderstaande grafiek. In 62% van de gevallen is de kracht waardoor het voorwerp wegvloog of -sprong ontstaan bij het toepassen van een specifiek arbeidsmiddel. Dit waren dan bijvoorbeeld handgereedschappen, luchtslangen onder hoge druk, lieren, kettingen, veren of vaste machines.
Tot slot geeft onderstaande grafiek aanvullende informatie over de grootte van het object dat wegvloog of -sprong.
Veelvoorkomende oorzaken van dit type ongeval
In de MLvO worden ernstige arbeidsongevallen geanalyseerd als een opeenvolging van gebeurtenissen. Dit wordt ook wel een scenario of ongevalspad genoemd. In het midden van het ongevalspad bevindt zich de centrale gebeurtenis. De ongevallen op deze pagina hadden allemaal dezelfde centrale gebeurtenis, in dit geval is dat: een persoon die geraakt is door een voorwerp dat wegvliegt of -springt.
Hiervoor gebeurt vaak nog iets anders dat belangrijk is voor het ongeval. Voor deze ongevallen brengen we daarom aanvullend de volgende essentiële gebeurtenissen in kaart:
- Het voorwerp wordt uitgeworpen door een machine of gereedschap
- Het voorwerp wordt geworpen door een mens
- Het voorwerp wordt weggeblazen door wind of perslucht
- Het voorwerp viel uit elkaar
- Het voorwerp kwam op een plek waar dat niet de bedoeling was
- Het slachtoffer kwam op een plek waar dat niet de bedoeling was
Naast deze gebeurtenissen bevat de MLvO informatie over de veiligheidsmaatregelen die van belang kunnen zijn als iemand op het werk door een voorwerp wordt geraakt. Deze veiligheidsmaatregelen kunnen de centrale gebeurtenis voorkomen of de gevolgen hiervan beperken. Deze maatregelen worden ook wel preventieve en repressieve barrières genoemd. Bij ernstige arbeidsongevallen gaan er vaak meerdere dingen tegelijkertijd mis, meerdere veiligheidsmaatregelen blijken dan niet te werken. Dat is onderdeel van het ongevalspad.
Hieronder gaan we nader in op de hierboven genoemde gebeurtenissen en op de preventieve veiligheidsmaatregelen. Veiligheidsmaatregelen om de gevolgen van een centrale gebeurtenis gevolgen te beperken, en die dus van belang zijn na de centrale gebeurtenis, worden verderop toegelicht. Meer over de MLvO methode, en de ontwikkeling hiervan, kunt u lezen op deze pagina.
Gebeurtenissen
Hoe vaak bepaalde gebeurtenissen in de database voorkomen staat in de onderstaande grafieken, hierbij is afgebeeld wat als eerste gebeurde. De eerste grafiek geeft informatie over de manier waarop het object is weggevlogen of -gesprongen. Daarin is bijvoorbeeld te zien dat in 11% van de onderzochte ongevallen het voorwerp door een machine werd uitgeworpen.
Onderstaande grafiek geeft inzicht in hoe het contact tussen het slachtoffer en het voorwerp kon ontstaan. Daarin is bijvoorbeeld te zien dat in 46% van de onderzochte ongevallen het object op een plek kwam waar dat niet de bedoeling was.
Falende preventieve maatregelen
Bij ernstige arbeidsongevallen gaan vaak meerdere dingen tegelijkertijd mis. Een object dat werd bewerkt spatte bijvoorbeeld uiteen en het slachtoffer bevond zich te dicht bij het object in kwestie. Dit is in kaart gebracht met behulp van de vraag ‘wat ging er mis?’. In onderstaande grafiek is voor veelvoorkomende (deel)oorzaken weergegeven hoe vaak deze hebben bijgedragen aan een ongeval. Zo is bijvoorbeeld te zien dat in 52% van de ongevallen meespeelde dat het slachtoffer zich in een bekende gevarenzone bevond. Preventieve maatregelen die ervoor moeten zorgen dat slachtoffers wegblijven uit gevarenzones hebben hier dus niet goed gewerkt.
De MLvO bevat alleen maatregelen die direct van belang kunnen zijn voor het ongevalsscenario. In andere onderzoeken op deze website wordt dieper ingegaan op achterliggende oorzaken van arbeidsongevallen zoals afleiding, vermoeidheid, en samenwerking in ketens. Zie hiervoor bijvoorbeeld de pagina over ons onderzoek.
Maatregelen om de gevolgen te beperken
Naast maatregelen die een ongeval kunnen voorkomen zijn er ook maatregelen die de gevolgen van een ongeval beperken. Persoonlijke beschermingsmiddelen voorkomen bijvoorbeeld niet dat een ongeval gebeurt, maar kunnen wel letsel voorkomen of de ernst daarvan beperken. Voor ongevallen waarbij iemand op het werk wordt geraakt door een voorwerp is informatie over persoonlijke beschermingsmiddelen en geboden bedrijfshulpverlening beschikbaar.
Directe hulpverlening
De onderstaande grafiek laat zien of er ter plaatse directe hulp is geboden aan het slachtoffer van het ongeval. Als u op de onderstreepte categorie ‘Directe hulp verleend’ klikt, kunt u zien door wie deze hulp geboden is.
Persoonlijke beschermingsmiddelen
De onderstaande grafiek laat zien of het slachtoffer gebruik maakte van persoonlijke beschermingsmiddelen, behorend bij de taak. Door op een onderstreepte categorie te klikken krijgt u meer informatie over het gebruik van de persoonlijke beschermingsmiddelen.
De gevolgen voor slachtoffers
Van de 191 ongevallen in de dataset waarbij een slachtoffer is geraakt door een voorwerp is van het slachtoffer met het ernstigste letsel bekend wat de gevolgen waren.
De onderstaande grafieken tonen achtereenvolgens:
- De gevolgen van de ongevallen en ernst van het letsel
- De plaats op het lichaam waar het letsel werd opgelopen
Gevolgen van de ongevallen
De onderstaande grafiek laat zien wat de uiteindelijke gevolgen waren voor de slachtoffers. Door op een onderstreepte categorie te klikken kunt u meer informatie bekijken over de aard van het bijbehorende letsel van deze slachtoffers. Hierbij kan een slachtoffer meerdere letsels hebben. Letselcategorieën die bij minder dan 5% van de slachtoffers voorkwamen worden hierbij niet getoond.
De plaats van het letsel
De onderstaande grafiek laat zien waar aan het lichaam de slachtoffers letsel opliepen. Door op een onderstreepte categorie te klikken kunt u zien waar het letsel precies optrad. Een slachtoffer kan aan meerdere lichaamsdelen letsel hebben.
Sectoren
Slachtoffers die geraakt zijn door een wegvliegend of -springend voorwerp werkten in veel verschillende sectoren. De sector waarin slachtoffers in deze dataset het vaakst werkzaam waren is de sector Industrie. Ongeveer 34% van alle gevallen waarbij iemand wordt geraakt door een voorwerp vindt plaats in deze sector. Daarnaast waren relatief veel slachtoffers werkzaam in de sectoren Handel (18%), en Bouwnijverheid (14%).
Bij ongeveer 3% van alle arbeidsongevallen in de MLvO database wordt het slachtoffer geraakt door een voorwerp dat wegvliegt of -springt. Voor de sector Cultuur, sport en recreatie is dat ongeveer 5% van de ongevallen. Het deel van de ongevallen in een sector dat een contact met een voorwerp is, is hieronder in beeld gebracht. In deze grafiek zijn alleen sectoren of subsectoren opgenomen als er minimaal 60 arbeidsongevallen in de MLvO-dataset aanwezig zijn. Een uitsplitsing naar subsectoren is beschikbaar als minimaal twee subsectoren hier aan voldoen. De verticale rode stippellijn geeft het percentage gevallen in de volledige MLvO-database. Klik op een onderstreepte sector om informatie over subsectoren te zien.
Meer informatie over ongevallen in verschillende Nederlandse sectoren is te vinden op deze pagina.